Patrice Riemens on Sat, 19 Jun 2004 16:42:39 +0200 (CEST) |
[Date Prev] [Date Next] [Thread Prev] [Thread Next] [Date Index] [Thread Index]
[Nettime-nl] Bruno Latour: De toekomst van het zorgvuldigheidsgebod. |
Op voorstel van president Jacques Chirac heeft het Franse parlement onlangs een milieu handvest aangenomen. Dit ging bepaald niet met een grote enthoesiasme gepaard van de kant van de gevestigde politici ter linker- dan wel ter rechterzijde. In Nederland zou het waarschijnlijk niet veel anders zijn, al is hier te lande de Wetenschap (met een 'W') minder machtig dan in Frankrijk - maar de Economie (met een 'E'), ook al een vorm van (bij)geloof , des te meer (PR). Bruno Latour, De toekomst van het zorgvuldigheidsgebod. Wat vond er plaats op 1 juni 2004 in de Nationale Assemblee? Kennelijk niets bijzonders. Immers de Groenen hebben niet aan de stemming deelgenomen en de socialisten hebben zich onthouden. Rechts heeft weliswaar gestemd, voor, maar schoorvoetend. Het ging tenslotte om onbelangrijke detailkwesties: een eenvoudige grondwetsherziening... En als dit nou een van die epochmachende gebeurteniseen was geweest, gebeurtenissen, die zoals Nietzsche schreef, "op tortelduivenvoeten lopen"? Kan men zich inderdaad een gewichtiger besluit voorstellen dan een waarbij een land, zo oud als de onze, bepaalt dat het van toekomst gaat veranderen? Immers, daar gaat het zorgvuldigheidsgebod over: in plaats van de stralende toekomst naar welke de vooruitgang, gedreven door de wetenschap, ons naar toe leide, hebben we nu te maken met een toekomst die tot voorzichtigheid, tot waakzaamheid, tot nauwlettendheid maant. Niet langer _de_ vooruitgang van de rede, maar allerlei 'vooruitgangen', vaarvoor wij 'redenen' moeten geven, door middel van openlijke bewjsvoeringen en en feiten die altijd ter discussie staan. Je hoort dat dit wetsvoorstel gewantrouwd moet worden omdat het afkomstig is uit de koker van een president die niet bepaald bekend staat om zijn revolutionaire ideeen. Dit gaat voorbij aan het feit dat de geschiedenis niet van te voren bepaald is. Als dit een 'truuk van de rede' is, betekent dat dat wij het redeneren overboord kunnen zetten? Je hoort dat het milieuhandvest dubbelzinnig geformuleerd is. Alsof de opschriften die de gevel van al onze stadhuizen siert ("Liberte Egalite Fraternite", vert.) dat niet zou zijn... Had men dan tegen de mensenrechtenverklaring moeten stemmen omdat zij niet vanaf het begin van toepassing was op vrouwen en slaven? Je hoort dat het zorgvuldigheidsgebod straks erop zal neer komen dat men geen enkel risico meer zal durven aangaan. Wie gelooft er nou dat het handelen zal ophouden zodra het niet langer de privilege van een klein aantal zal zijn om, in besloten kring, besluiten te nemen die risico's inhouden voor grote aantallen mensen die ze in hun plaats zullen moeten lopen? Je hoort dat niemand in staat is om precies te omschrijven wat het zorgvuldigheidsgebod inhoudt. Niets is minder waar: hoe verschillend de formuleringen ook zijn, het gaat er altijd om om de politieke besluitvorming te bevrijden van de voogdij die tot nu toe uitgeoefend werd door de pretenties van de Wetenschap, zij het de beta- de sociale dan wel de managementswetenschappen. "Het ontbreken van zekerheden, rekening houdend met de huidige stand van de wetenschappelijke of technische kennis, mag niet leiden tot het uitstellen van gepaste en effectieve maatrgelen" - Franse Rurale Wetboek, art L 110) Voor de 1e juni (moeten we het misschien hebben over het "ancien regime" ?) had men slechts een keuze: oftewel de wetenschap wist het en dan moest de politieke besluitvorming maar volgen zonder bijzondere voorzorgsmaatregelen; of de wetenschap wist het nog niet zeker genoeg, en de politieke besluitvorming moest maar pas op de plaats maken tot dat de experts er uitkwamen. Door het zorgvuldigheidsgebod in de grondwet te verankeren, bewijst men de wetenschap dezelfde dienst als de laiciteit ooit de religie bewees. (scheiding van kerk en staat in Frankrijk 1902, vert.) De politiek was tot nu toe in de mindere positie, altijd op de sleeptouw van de wetenschap: zij emancipeert eindelijk. De wetenschap werd geperveteerd tot een oneigenlijke rol van expertise; zij kan nu terugkeren naar de ware onderzoekstaak die zij nooit had mogen verlaten. Dat de Groenen het belang van zo'n gebeurtenis niet vermogen te bevatten is begrijpelijk - zij het diep droevig - omdat zij denken dat de emancipatie slechts in een en enkele richting voortgezet kan worden, en dit ten koste van nieuwere mogelijke richtingen: die van de betrokkenheid. En nu zij hun handen afgetrokken hebben van de politieke ecologie, proberen ze in de zeden en gewoontes ("le moeurs" - 'normen en waarden'?, vert.) hetzelfde liberalisme te propageren die zij in de economie voorgeven te verafschuwen. Dat de socialisten zich van stemming onthouden, is eveneens begrijpeleijk aangezien zij nog steeds gebukt gaan onder de pijnlijke herrinnering aan een historische en economische wetenschap die het politiek handwerk eigenlijk overbodig had gemaakt. Op dezelfde manier als de postmodernisten de dromen van de modernen delen, maar dan zonder de hoop die ermee gepaard ging, zo volharden socialisten in hun geloof in utopieen waarvan zij maar hopen dat ze niet tot stand zullen komen. Niet echt een houding waar je de energie uit kan putten om over de toekomst na te denken. Dat de extreem of meer gematigde varianten van rechts grote tegenzin aan de dag leggen is evenmin verwonderlijk: immers zij worden uitgenodigd om van toekomst te veranderen. Als goede conservatieven willen ze op de oude voet doorgaan en doen alsof er niets aan de hand is. Waar moet het heen als je voortaan rekening moet gaan houden met van alles en nog wat bij het opzetten van een bedrijf, het maken van een produkt, of het ontwerpen van een stad of van een auto, overwegingen die men tot nu toe zorgeloos 'externaliseerde'. Zoals de Duitse socioloog Ulrich Beck stelt, is het gemeenschappelijk maken van de 'kosten' - in de ruimste zin des woords- hun een nog groter gruwel dan het collectiviseren van de baten. En dat tenslotte ook de politici als de dooie zijn voor deze hervonnen vrijheid, is allerbegrijpelijkst. Maar voor de echte verrassing zorgt de houding van de wetenschappers: in plaats van met z'n allen het handvest te verdedigen zien zij erin een dwangbuis dat hun onderzoek gaat inperken. Net als de Kerk ten tijde van de separatie lijken ze niet te (willen) inzien hoezeer het zorgvuldigheidsgebod voor hun gemaakt is. Zonder die petitie van een 500-tal onderzoekers had men zelfs kunnen geloven dat de 'front van de nee-zeggers' op hun unanieme steun kon rekenen. Net zoals de 'intermittents du spectacle' (werkenemers in tijdelijke dienst bij culturele producties, een beroepsgroep waar erg veel over te doen is in Frankrijk, vert.), lijkt het erop dat de vaste bezetters van de akademische gespreide bedjes nogal wat moeiete hebben om het pact dat hen aan het publiek bindt te vernieuwen. Dezelfde onderzoekers die zich ervoor zouden schamen om apparatuur ouder dan vijf jaar te gebruiken of te citeren uit artikelen ouder dan twee jaar, vinden het normaal om zich in de wereld te positioneren met een filosofie die op z'n best dateert van de bijeenkomst met Chevenement in 1982, om niet te zeggen van de tijd van het Populaire Front (1936, vert.) zo niet van de eeuw van Voltaire... Het onderschrijven van de wetenschap is niet een staatsplicht dat buiten elke discussie staat. De technische democratie begint nu pas te ontstaan. Welnu de toekomst is niet meer wat het geweest is. (in het Frans: "le futur n'a pas d'avenir" - de toekomst heeft er geen) De toekomst, dat was een bepaalde verhouding met het verleden - waarmee gebroken diende te worden; dat had iets met handelen van doen - zonder voorzorsmaatregelen/ voorbehoud; en het ging hand in hand met de wetenschap - een soort hoorn des overvloeds bestaande uit vaststaande feiten waaruit het volk de meest appetijtelijke gerechten mocht kiezen. De toekomst van nu ziet er heel anders uit: gisteren was ge (plaats)bepaald, morgen zult ge dat nog meer zijn; gisteren moest men met een aantal mensen rekening houden, morgen met nog veel meer. De theorie van het handelen wijzigt ook in grote mate: voorbij is de moderniserende zorgeloosheid, nu wordt de hele maatschappij onder druk gezet om na te denken over de voorwaarden van collectieve overleving. Wetenschappelijke onderzoekers staan ook niet langer op zichzelf: onderzoek is het gemeenschappelijk goed geworden. Elke (staats)burger, of het nu gaat om eten, gezondheid, mobiliteit, communicatie, doet actief mee aan wetenschappelijke politiek, en participeert, al dan niet vrijwillig, aan onderzoeksprojekten. Het is best mogelijk, en ik ben mij ervan bewust, dat het zorgvuldigheidsgebod, eenmaal in de grondwet opgenomen, in dezefde slaap gaat dommellen als de vrijheid en de broederschap. Dat zal afhangen van wat rechters en sociale bewegingen zullen doen. Maar het is onvoorstelbaar dat degenen die pretenderen dat zij van de Verlichting af stammen en de Republiek gaan herstichten nalaten om het revolutionnair karakter ervan te onderkennen en het zorgvuldig in overweging nemen. Voor het eerst in zijn geschiedenis voelt de meest rationele en de meest modernistisch onder de naties aan dat er iets veranderd moet worden aan de definitie van de tijd die voorbij gaat. Het zorgvuldigheidsgebod behelst de toekomst van Europa en het vernieuwen van de moderniteit. Nu is de verschuiving welhaast verwaarloosbaar, maar hoe miniem was de zet aan het stuurwiel geweest die de Titanic veilig langs de iceberg had kunnen loodsen? Bruno Latour is hoogleraar in de sociologie aan de Ecole nationale des Mines te Parijs, Centrum voor de sociologie van de innovatie. ----------- Origineel is een artikel verschenen in het Franse dagblad "Le Monde", ergens begin juni, en gepost op de Multitudes lijst op 13 juni 2004 vertaald door Patrice Riemens
______________________________________________________ * Verspreid via nettime-nl. Commercieel gebruik niet * toegestaan zonder toestemming. <nettime-nl> is een * open en ongemodereerde mailinglist over net-kritiek. * Meer info, archief & anderstalige edities: * http://www.nettime.org/. * Contact: Menno Grootveld ([email protected]).